Amsterdam – Woningverhuurder Heimstaden reageert voorzichtig optimistisch op de regeringsplannen voor de woningmarkt. De van oorsprong Scandinavische organisatie noemt het een goede zaak dat het kabinet zich in wil zetten om het investeringsklimaat te herstellen. De dag na Prinsjesdag spreekt Heimstaden van de eerste stappen in de goede richting. Wel waarschuwt de onderneming dat er nog een lange weg te gaan is om de woningnood op te lossen.
In het regeerprogramma kondigt de regering fiscale verlichtingen voor de woningmarkt aan, onder meer door het verhogen van de maximale renteaftrek in de vennootschapsbelasting van 20 naar 25 procent en het verlagen van de overdrachtsbelasting voor beleggers van 10,4 naar 8 procent.
Excessieve belastingdruk
“Het is een positief signaal dat de regering inziet dat de fiscale maatregelen die de afgelopen vier jaar zijn uitgestort over de woningmarkt te ver zijn doorgeschoten,” zegt Michiel Vrijman, managing director van Heimstaden Nederland. “Tegelijkertijd worden die nu maar deels teruggedraaid. Na verlaging naar 8 procent is de overdrachtsbelasting nog steeds vier keer hoger dan in 2020. En hoewel het verhogen van de maximale renteaftrek iets meer lucht biedt, past Nederland deze regel nog steeds aanzienlijk drastischer toe dan in andere Europese landen. Ook is het een tegenvaller dat een deel van de maatregelen pas in 2026 ingaan, terwijl de urgentie er nu is.”
Volgens Heimstaden is verdere fiscale verlichting cruciaal om de nationale bouwopgave van 100.000 woningen per jaar te halen. “Het allerbelangrijkste is dat er een goede oplossing komt voor de renteaftrekbeperking,” zegt Vrijman. “Dit is een maatregel die eigenlijk bedoeld is om belastingontwijking tegen te gaan. Maar vooral voor woninginvesteerders leidt de beperking tot een excessieve belastingdruk, die effectief kan oplopen tot 60 procent. Het moet daarom mogelijk worden om rentelasten die aantoonbaar worden afgedragen aan bijvoorbeeld een bank volledig op te voeren.”
Investeringsklimaat
Heimstaden is sinds 2019 op grote schaal actief in Nederland, en bouwde in korte tijd een portefeuille op van meer dan 13.000 woningen. Eind 2022 kondigde de woningverhuurder hier zo’n 90 procent van zijn woningen bij een bewonerswisseling individueel te verkopen, ook wel bekend als uitponden. Dat besluit nam de organisatie als gevolg van zowel macro-economische ontwikkelingen als door restrictief overheidsbeleid.
Naast de invoering en verdere verlaging van de renteaftrekbeperking in de vennootschapsbelasting en de vervijfvoudigde overdrachtsbelasting, werden sinds de komst van Heimstaden diverse andere maatregelen doorgevoerd die het investeren in woningen bemoeilijken. Zo kwam er zwalkend beleid over de jaarlijkse huurverhoging in de vrije sector, kwam er een verbod op tijdelijke huurcontracten en werden de huurprijzen in het voormalige vrije segment grotendeels gereguleerd.
Uitpondopbrengsten herinvesteren
Heimstaden is dan ook positief dat het kabinet in het regeerprogramma oog heeft voor de negatieve effecten en de recente maatregelen actief gaat monitoren. Vrijman: “De stapeling van regulering heeft ervoor gezorgd dat het bestaande huuraanbod grotendeels wordt omgezet in koopwoningen. Dat betekent dat er investeringskapitaal uit de woningmarkt wegvloeit, terwijl er juist 400 miljard euro nodig is om de woningnood op te lossen. Wij hebben de intentie om onze uitpondopbrengsten weer te herinvesteren in de Nederlandse woningmarkt. Maar om tot 100.000 nieuwe woningen per jaar te komen, is veel meer nodig. Het is dan ook goed dat dit kabinet de noodzaak van een gezond investeringsklimaat erkent en bereid lijkt om noodzakelijke reparaties te verrichten.”